Bron: Lode Vanoost op dewereldmorgen.be 18 november 2019
Zelfverklaard interimpresident Jeanine Añez van Bolivia vaardigde decreet 4078 uit, dat politie en leger volledige strafrechtelijke immuniteit geeft voor het onderdrukken van ‘destabiliserende’ acties. Op maandag 16 november vrezen waarnemers ter plaatse een slachting in hoofdstad La Paz wanneer de marsen van inheemse boeren en mijnwerkers daar samenkomen. maandag 18 november 2019 17:32
Zelfverklaard interimpresident Jeanine Añez beschikt over een groep juristen die zeer snel in staat zijn voor haar presidentiële decreten te schrijven. Die decreten vaardigt ze uit zonder de vereiste meerderheidsstemming in het parlement. De Movimiento al Socialismo (MAS – Beweging naar het Socialisme), de partij van Evo Morales, heeft daar nog steeds de meerderheid.
Decreet 4078: volledige immuniteit voor politie en leger
Presidentieel decreet 4078 geeft volledige immuniteit voor strafrechtelijke vervolging aan politie en leger ‘voor het herstel van de orde’. Wat dat in de praktijk betekent is al gebleken. Op 15-16 november werden 25 betogers gedood, allen met kogels in hoofd of borst. Honderden anderen werden gewond, waaronder meerderen levensgevaarlijk. Het cijfer 25 is wat de Defensoría del Pueblo – een ombudsdienst van de overheid – officieel heeft bevestigd. Het echte aantal ligt hoger. Hoeveel doden er inderdaad reeds gevallen zijn, is dus nog onzeker.
In ieder geval ligt het dodenaantal in Bolivia op enkele dagen tijd reeds hoger dan in Hongkong, net als het aantal doden door politierepressie in Honduras en Haïti. Ook in Frankrijk gaat de brutale politierepressie van de Gilets Jaunes door, nu reeds een jaar lang. Toch zijn het niet die protesten die alle aandacht krijgen in de mainstream media.
Dit decreet 4078 werd onmiddellijk veroordeeld door meerdere mensenrechtenorganisaties. De Comisión Interamericana de Derechos Humanos (CIDH – Inter-Amerikaanse Commissie voor Mensenrechten) verklaarde: “Dit geeft het leger een vrijgeleide om zonder wettelijke gevolgen op betogers te schieten.” (in artikel 3 van het decreet wordt de immuniteit toegekend).
De CIDH veroordeelt tevens de bedreiging en systematische aanhouding van binnenlandse journalisten en de uitzetting van buitenlandse collega’s, onder het mom van ‘aanzetting tot geweld’. De VN-Hoge Commissaris voor de Rechten van de Mens Michelle Bachelet – voormalig president van buurland Chili – veroordeelde eveneens het decreet.
De Argentijnse toekomstige president Alberto Fernandez – hij legt de eed af op 20 december – heeft reeds verklaard dat hij de beslissing van zijn voorganger en nog zetelend president Mauricio Macri zal omkeren om de zelfverklaarde interimpresident van Bolivia te erkennen. In een tweet veroordeelt hij expliciet het decreet 4078, klaagt de medeplichtige stilzwijgendheid van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) aan en roept de tussenkomst in van de VN:
“De feitelijke regering misbruikt de macht in Bolivia en heeft de Strijdkrachten de vrijheid gegeven om te handelen zonder rekenschap te moeten geven van hun misdaden. Het aantal doden neemt toe. De Argentijnse regering zwijgt. De OAS zwijgt. De VN moeten tussenbeide komen.”
Jean Arnault, speciaal gezant van VN-secretaris-generaal, Antonio Guterres, is in La Paz aangehouden. Hij houdt zich in zijn commentaren aan de media op de vlakte met een vage oproep aan ‘alle actoren’ om het geweld te stoppen.
Zeer actieve president
Het toekennen van gerechtelijke immuniteit aan politie en leger is niet het enige besluit dat Añez heeft genomen in de enkele dagen nadat zij zichzelf tot interimpresident heeft verklaard, met steun van het leger, maar zonder de grondwettelijk vereiste instemming van het parlement.
Een van haar eerste beslissingen is de erkenning van Juan Guaidó als ‘president van Venezuela’. Dat bevestigde ze in een skype-gesprek met Guaidó dat live werd uitgezonden op CNN en Español. Bovendien riep ze bijna 80 procent van alle ambassadeurs terug uit hun diplomatieke posten.
De benoeming van nieuwe aan haar getrouwe ambassadeurs is een bevoegdheid van het parlement. Gezien ze ook zelf zonder de vereiste goedkeuring van het parlement interimpresident is geworden, valt niet uit te sluiten dat ze ook hier de Grondwet zal overtreden door alsnog eigenhandig nieuwe ambassadeurs te benoemen.
Daarnaast hebben leger en politie 725 Cubanen aangehouden en onmiddellijk gedeporteerd. Het gaat over medisch personeel, verplegers, dokters, tandartsen, oogartsen die in de arme stadswijken en op het platteland werken. Voor de uitzetting werd geen enkele juridische basis gegeven. De betrokkenen konden hun uitzetting dus ook niet aanvechten voor een rechtbank.
Ook honderden Venezolanen werden aangehouden. Daarbij is de willekeur nog groter. Zo worden Venezolaanse straatverkopers opgepakt, die zelf gevlucht zijn uit Venezuela, wegens de slechte economische toestand daar. Ook voor hen wordt uitwijzing verwacht. Dit is nog onzeker, omdat Guaidó haar er zal op wijzen dat die gevluchte Venezolanen lang niet allen achter hem staan.
De meest ernstige provocatie van de zelfverklaarde interimpresident moet echter nog komen. Er gaan immers geruchten dat zij gratie zou verlenen aan voormalig president Gonzalo ‘Goni’ Sánchez de Lozada en voormalig minister Carlos Sánchez Berzaín en anderen. Zij werden door de vorige regeringen onder president Morales veroordeeld voor de slachtingen van november 2003.
Sánchez de Lozada was slechts één jaar president van 6 augustus 2002 tot 17 oktober 2003, waarna hij tot ontslag gedwongen werd en opgevolgd werd door zijn vice-president Carlos Mesa, die het eveneens maar anderhalf jaar volhield tot 9 juni 2005, waarna hij op zijn beurt werd opzijgezet door Eduardo Rodríguez. Op 22 januari 2006 werd hij opgevolgd door Evo Morales. Zijn overwinning kwam er na jarenlange politieke chaos, als gevolg van de brutale repressie van de inheemse acties voor gelijke burgerrechten.
Tegenkandidaat Mesa uitgeschakeld
Carlos Mesa was bij de verkiezingen van 20 oktober de voornaamste tegenkandidaat van Morales en behaalde 36 procent. Tijdens de huidige machtsgreep werd hij echter volledig opzijgezet door de extreemrechtse groep rond Jeanine Añez en José Camacho, ondanks het feit dat hij met zijn resultaat een veel bredere basis heeft bij de bevolking dan Añez.
Haar extreem-rechtse partij Plan Progreso para Bolivia – Convergencia Nacional (PPB-CN) behaalde op een gemeenschappelijke lijst samen met de andere partij Bolivia dice no bij de parlementsverkiezingen 4,4 procent. Mesa heeft zich uitgesproken tegen het geweld van de politie, in tegenstelling tot Añez en Camacho, die het nog verder hebben aangestookt, met niet mis te verstane anti-inheemse racistische verklaringen.
Añez heeft snel een regering samengesteld met uitsluitend ministers van de witte economische oligarchie. Geen enkel van deze ministers is volgens de grondwettelijke vereiste hoorzitting en stemming in het parlement beëdigd. Zij laat ministers uit de vorige regering, waarvan meerderen naar het buitenland zijn gevlucht, vervolgen voor het niet inleveren van hun overgangsdocumenten over hun ministerie aan haar kabinet.
Bloedige repressie geen probleem voor Europese Commissie
Ondanks de openlijk ongrondwettelijke basis voor haar regering en haarzelf en ondanks de dodelijke repressie van de protesten, ondanks haar extreem-rechtse profiel, ondanks haar openlijk racistische verklaringen over de inheemse bevolking, heeft de Europese Commissie niet geaarzeld om haar alsnog als wettelijk erkend staatshoofd te erkennen.
De eerste slachtoffers van de repressie werden ondertussen reeds begraven. Ondertussen blijven de betogingen in meerdere Boliviaanse steden doorgaan. De hoofdstad La Paz is bijna volledig geblokkeerd door de betogers.
Dit heeft reeds gevolgen voor de voedselbevoorrading van de stad waar lange wachtrijen aan de winkels staan. In grote delen van de stad is geen aardgas meer beschikbaar en in de komende dagen vallen alle benzinestations zonder brandstof.
Het contrast met de aanpak van betogers pro-Añez is totaal. Pro-staatsgreep-betogers worden door politie begeleid. De tegenbetogingen worden keihard aangepakt, zoals reeds bleek in de voorbije dagen. Het onderscheid tussen beiden is visueel zeer eenvoudig vast te stellen.
Pro-Añez-betogers zijn overwegend wit en modern gekleed en dragen de traditionele Boliviaanse driekleur rood-geel-groen met wapenschild (zie beide vlaggen hierboven en hiernaast). De tegenbetogers zijn bijna uitsluitend inheemse mensen met traditionele kledij, boeren, mijnwerkers en dragen de veelkleurige Wiphalavlag die onder president Morales werd erkend als tweede nationale vlag van Bolivia en de inheemse volkeren als ‘nationaliteiten’ erkent.
De betogers tegen Añez hebben ondanks de moordende repressie van de voorbije dagen hun intentie niet opgegeven om op maandag 18 november samen te komen in de hoofdstad La Paz (de stad met de naam ‘De Vrede’). Alle waarnemers ter plaatse vrezen dat een groot bloedbad dreigt in de komende uren (het tijdsverschil, met Brussel is vijf uur).
topfoto: Deze man legt uit dat zijn broer Marco Vargas Martinez, 30 jaar oud, overleden is door een kogel achter in zijn nek vanuit een helikopter. Foto: Twitter @Marco_Teruggi
Dit Opinistuk van Lode Vanoost werd voor het eerst gepubliceerd op dewereldmorgen.be 18 november 2019
Creative Commons