Bron: Vrede met Venezuela,
Handsoffvenezuela.nl 26 maart 2021 ~~~

Het treurspel voor de werknemers van de Venezolaanse PDVSA op de eilanden Aruba, Bonaire en Curaçao loopt door de Nederlandse inmenging slecht af. Bopec, eigendom van Petróleos de Venezuela, S.A. (PDVSA), is ernstig belemmerd geweest door de illegale VS-sanctie en de Nederlandse instellingen en uiteindelijk overgenomen door Nederland, na een eis tot failliet verklaring door de Nederlandse belastingdienst. De haviken in Washington en den Haag kunnen tevreden zijn, maar hun bemoeienis is voor veel van onze overzeese landgenoten rampzalig geweest.

Curaçao

Toen Shell zijn vervuilde en verwaarloosde installatie van de ISLA raffinaderij in 1985 voor een symbolisch bedrag aan Refineria di Kòrsou (RdK – Curaçao) had overgedaan, was de Venezolaanse PDSVA bereid om de exploitatie ervan te regelen. De installatie kon per dag c.a. 220.000 (max. 335,000) barrels ruwe olie verwerken en gaf inkomsten aan ruim 1200 werknemers.

Sinds de gekozen regeringen van Chavez en Maduro een onafhankelijk en socialer beleid in Venezuela voorstaan, zijn hun activiteiten op het eiland stelselmatig gesaboteerd. In december 2019 werd het contract van de PDVSA voor de huur van de ISLA raffinaderij op Curaçao eenzijdig verbroken , zonder dat er een kandidaat was voor de overname.

Op dit moment is dat helaas nog steeds de situatie. Een op 18 maart 2021, daags voor de Parlementsverkiezingen getekend MoU met een onbekend bedrijfje Corc bv. mag de bevolking enige hoop geven (en hun stemgedrag beinvloeden) – veel toekomst zal er voor deze hightech industrie niet meer zijn.

Aruba

Een vergelijkbare ontwikkeling was er op Aruba. De Petrochemische industrie is er sinds 1980 minder belangrijk en verdrongen door toerisme-exploitatie. De kleinere raffinaderij werd nog geëxploiteerd door Citgo , Amerikaans zusterbedrijf van PDVSA, dat 3 raffinaderijen en 6.000 tankstations in de Verenigde Staten heeft waar als gevolg van plundering door de VS en Canada weinig meer van overgebleven is. De Petrochemische installaties staan er verlaten bij en de 500+ voormalige werknemers zijn hun inkomstenbron kwijtgeraakt.

Bonaire

Op Bonaire heeft Bonaire Petroleum Corporation (BOPEC), zusterbedrijf van de Venezolaanse PDVSA, in 1975 een olieoverslagbedrijf gebouwd, met twee aanlegsteigers, waar ‘s werelds grootste tankers van max. 500,000 DWT kunnen aanleggen – unieke kwaliteit voor de Caribische regio.

Bopec, met de grote en de kleine aanlegstijger, met voldoende waterdiepte dicht bij de kust.

Maar ook deze industrietak werd door de VS en Nederland sinds de eeuwwisseling almaar meer gesaboteerd. De Nederlandse Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) en Rijks Waterstaat (RWS) speelden daarin een dubieuze rol en hebben sinds 2017 hun macht misbruikt.
BOPEC was daardoor verlieslijdend en vanwege geblokkeerde bankaccounts was financiële ondersteuning door het moederbedrijf PDVSA feitelijk onmogelijk. Dat werd nog verergerd toen RdK (Curaçao) beslag legde op het bedrijf, nadat moederbedrijf PDVSA door financiëel-economische sabotage zijn betalingsverplichting niet kon nakomen.
Bopec heeft in februari 2021 om surseance van betaling gevraagd, en geprobeerd met verkoop van de aanwezige olieproducten plaatselijk financiën te creëren, voor uitbetaling van het loon aan de werknemers en voor het nodige onderhoud aan de installaties. Zowel de terminals als de transportpijpen waren door contractanten vernieuwd, maar ondanks haar eerdere goedkeuring ervan verbood ILT, met compliciete steun van RWS, het transport en verkoop van de opgeslagen miljoen barrel olieproducten.

Te zien zijn de nieuwe pijpleidingen voor het transport naar het stijgerhoofd.

Hun uiteindelijke argument dat de aanlegsteigers onveilig zouden zijn, is de laatste kolder in dit diep-trieste verhaal. De Nederlandse belastingdienst vroeg vervolgens een faillissement aan, hetgeen bij rechterlijke uitspraak op 18 maart 2021 uitgesproken is.

De 120 werknemers (eind 2020 waren dat er nog maar 83) en 250 a 300 onderaannemers hebben op Bonaire hun inkomstenbron definitief verloren, en zullen achterstallig loon over de maanden januari, februari en maart mogelijk niet kunnen krijgen.

Met haar handhaving van illegale sancties, haar inspectiediensten en haar belastingdienst heeft de Nederlandse regering nogmaals bewezen dat ze alles en iedereen op de knieën kan krijgen. De Nederlandse overheid creëert paradijselijke voorwaarden voor multinationals, maar steelt nog steeds van voormalige koloniën en saboteert op velerlei wijzen hun soevereine ontwikkeling.

Een doorstart wordt overwogen, waarmee de mogelijkheid bestaat dat de olie-terminal en aanlegsteigers ooit voor strategische doelen gebruikt gaan worden, zoals de bevoorrading van oorlogsschepen en gevechtshelikopters (waar het hollandse oorlogsschip Karel Doorman uitermate geschikt voor is) in een oorlog tegen zijn bouwer en feitelijke eigenaar, Venezuela. Zoals uit ons eerder onderzoek blijkt, zal dit dit in lijn zijn met de overige oorlogsvoorbereidingen. (overzicht onderaan)

Omdat Bonaire officieel onderdeel van Nederland is, zal de Nederlandse belastingbetaler voor de door haar regering gecreëerde schade moeten betalen. Buureilanden Aruba en Curaçao hebben ervaring met een vergelijkbare situatie, en geleerd dat de Nederlandse regering dat zal benutten voor dwingende voorwaarden, waaronder deregulering, bewaking en militarisering. (waartegen bezwaren ingediend zijn bij de VN)

Voor een nieuwsoverzicht van de gebeurtenissen voorafgaand aan de sluiting, zie https://caribischnetwerk.ntr.nl/tag/bopec/

Hoe is het zover kunnen komen?

In 2015 kondigde President Barak Obama het sanctie-beleid tegen Venezuela aan met Executive Order 13692, ook wel bekend als het “Obama-decreet”, dat Caracas aanduidt als een “ongewone en buitengewone bedreiging voor de Amerikaanse nationale veiligheid”,

Het op 24 augustus 2017 uitgevoerde decreet van Trump verbiedt een hele reeks transacties met de Venezolaanse staat, en in het bijzonder met PDVSA, en alle andere entiteiten die eigendom zijn van de Venezolaanse staat.
Er wordt een lijst van beperkingen op financiële transacties opgesteld:

  • Het is de Venezolaanse staat en Pdvsa verboden om nieuwe leningen uit te geven.
  • Verbod op het verhandelen van effecten die door de overheid zijn uitgegeven vóór de inwerkingtreding van dit besluit.
  • De betaling van dividenden of winsten aan de regering van Venezuela door in de Verenigde Staten gevestigde entiteiten is verboden. Dit heeft vooral gevolgen voor Citgo, een bedrijf dat eigendom is van Pdvsa, dat 3 raffinaderijen en 6.000 tankstations in de Verenigde Staten heeft.
  • De aankoop van bepaalde Venezolaanse schatkistcertificaten en Venezolaanse schulden is verboden.

Het Nederlandse parlementslid Sjoerd Sjoerdsma (D66) drong er bij de toenmalige Minister van Buitenlandse zaken Koenders (PvdA) op aan om zich bij het Amerikaanse sanctieregiem aan te sluiten. Koenders remde dat af, maar Sjoerdsma bleef sindsdien aandringen op agressieve actie tegen Venezuela, steeds weer met nieuwe motivaties. Hij kreeg daarin bijval van met name van Helmert (CDA) en ten Broeke (VVD) .

“….. dat sancties een instrument kunnen zijn om Maduro iets anders te laten doen dan wat hij nu doet, namelijk zijn eigen bevolking uithongeren, het parlement ontbinden en de rechtsstaat vernietigen. Ik denk dat die sancties nut hebben … ” Sjoerdsma 2017.

Kort daarna ging de Trump-regering over tot een een ongekende olie-embargo. En alle banken weigerden onder druk van het ministerie van Financiën kredietlijnen te openen voor de aankoop van Venezolaanse ruwe olie, waardoor de financieringsstroom naar het land wordt verstoord en vereiste transportverzekeringen niet afgesloten konden worden.
Alle buitenlandse reserves en bezittingen van Venezuela werden geblokkeerd of via de pseudo-president Juan Guaido gestolen. Ook in den Haag heeft de PDVSA zijn Europese hoofdkwartier definitief moeten sluiten.

Zie voor een overzicht van zulke illegale sancties tegen Venezuela :
trumpunblockvenezuela-een-tijdlijn-van-vs-sancties-en-vijandigheden-tegen-venezuela/ (tot mei 2019) of:
chronologie-van-sancties-tegen-venezuela/ (maandelijks aangevuld)

Vanaf het moment dat Stef Blok (VVD) in maart 2018 de ministerpost voor buitenlandse zaken overnam, werden de ABC-eilanden met handelsrestricties en blokkades geconfronteerd. Blok had op het eiland Saba in 2010 al een burger toegesnauwd dat hij het koninkrijk maar moest verlaten als hij ontevreden was. Ook op 10 juli 2018, in den Haag, toonde hij openlijk zijn racistische gedachtegoed.

Zijn eerste buitenlandreis in april 2018 was naar Aruba, Curaçao en Colombia, om er het door Nederlandse smokkel ontstane grensprobleem en het door sancties gegenereerde migratieprobleem te bespreken. Uiteraard ook om er met de Ruggenaath en Wever-Croes regeringen zijn agressieve plannen te bespreken, zoals de invoering van visum-verplichting voor Venezolanen (max. 8000 per jaar), het tekenen van een SoFa met het Pentagon, en God weet wat nog meer.

En tijdens de EU-raad vergadering besprak hij e.e.a. met collega-ministers:

“Tijdens de Raad Buitenlandse Zaken hebben wij de mogelijkheid besproken om aanvullende sancties van dit type in te gaan stellen. Ook hebben we afgesproken dat we met de meest betrokken landen – en daar hoort Nederland bij – een verdere uitwerking van die sancties gaan bespreken. We zullen daarbij ook ruggespraak houden met andere landen binnen het Koninkrijk.” (Blok 2018)

De haviken in het Nederlandse Parlement herhaalden hun ondersteuning voor evt. financiëel-economische sancties

“Er was de vraag van de heer Ten Broeke, de heer Sjoerdsma en de heer van Helvert over wat er nu gedaan kan worden als de oproep die door de EU mede namens Nederland wordt gedaan om nieuwe, eerlijke verkiezingen te organiseren, wordt genegeerd. Ik gaf al aan dat we in EU-verband aanvullende sancties overwegen en dat we proberen om dat af te stemmen met de Lima Group op een manier die de bevolking niet schaadt. Op die manier zijn we bereid om de druk op te voeren.” (Blok, 2018)

Stef Blok hield de parlementsleden slechts in noodzakelijke gevallen en zeer summier op de hoogte. Kritische kamervragen waren er alleen van de SP, en werden door de minister niet of nauwelijks beantwoord. Er is sinds zijn aanstelling veel veranderd en gebeurd, en achter de meeste zaken zat zijn al dan niet verborgen hand.

Dat geldt ook voor het EU-beleid, waar hij reeds in november 2018 het initiatief nam voor een Europese variant van de Global Magnitsky Act, om in weerwil van de EU-statuten, Europese deelstaten tot sanctionering van o.a. Rusland en Venezuela te kunnen verplichten. Deze uitbreiding op de EU-statuten is op Stef Bloks aandringen per december 2019 aangenomen.

Hieronder is een overzicht van onze eerdere analyses met o.a. een opsomming van Stef Bloks sturing en beïnvloeding van de situatie. Ook achter het beleid van zijn collega’s Knops (koninkrijksbelangen), Kaag (handel en ontwikkelingssabotage) en Bijleveld (oorlog), en dat van de Presidenten Ruggenaath en Wever-Croes zat vaak Bloks al dan niet verborgen hand (en daarachter weer die van Bolton, Pompeo en Abrahms).


Eerdere analyses van Werkgroep Vrede met Venezuela

Overige berichten: