Bron: Marc Vandepitte 
cubanismo op 16 juli 2021 ~~~

Marc Vandepitte

Afgelopen zondag kwamen Cubanen voor het eerst sinds meer dan twintig jaar op straat om hun ongenoegen uit te drukken. Het leek een spontane opwelling, maar bij nader toezien is er veel meer aan de hand. De VS probeert al zestig jaar een regimewissel door te voeren. De laatste jaren zetten ze daarbij de sociale media en de gewone media op een gesofisticeerde manier in. De afgelopen gebeurtenissen zijn een schoolvoorbeeld daarvan.

“De hysterische obsessie van Washington
om Cuba te verpletteren sinds de eerste dagen

van zijn onafhankelijkheid in 1959
is een van de vreemdste fenomenen in de moderne geschiedenis,
maar niettemin blijft dit bekrompen sadisme
ons steeds opnieuw verrassen.”
Noam Chomsky

Digitale robots

Aan de protesten afgelopen zondag 11 juli ging een heftige digitale campagne vooraf. De gerenommeerde Spaanse IT-analist Julián Macías Tovar heeft die nauwgezet onderzocht en in kaart gebracht. Zijn bevindingen zijn ontluisterend.

In de dagen vóor de protesten begon de hashtag #SOSCuba sterk te circuleren in Florida. De campagne SOS Cuba werd al gelanceerd op 15 juni in New York, met als doel de stemming in de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties tegen de VS-blokkade tegen Cuba te beïnvloeden. Zonder succes. 184 landen veroordeelden de blokkade, die Cuba al meer dan 6 decennia wurgt. Enkel Israël en de VS stemden tegen.

De verergerde COVID-situatie van de afgelopen weken op Cuba was een prima gelegenheid om de campagne nieuw leven in te blazen. Vanaf 5 juli lanceerde het mediaplatform SOS Cuba, dat vanuit Florida opereert, een Twitter-campagne voor humanitaire interventie in Cuba. Dat gebeurde onder leiding van Agustín Antonelli. Deze Argentijn is lid van de rechtse Stichting Fundación Libertad. Hij is niet aan zijn proefstuk toe. Eerder had hij al digitale campagnes ondernomen tegen Evo Morales in Bolivia en Andrés Manuel López Obrador in Mexico.

De eerste account die #SOSCuba gebruikte in verband met de COVID-situatie op Cuba, is in Spanje gevestigd. Zowel op 10 als op 11 juli verzond die meer dan duizend tweets, met een automatisme van 5 retweets per seconde. Dat gebeurt door zogenaamde bots.[1]

Sommige van de robots die in deze campagne werden gebruikt, zijn ultramodern, duur en zeer moeilijk te detecteren. We mogen niet vergeten dat de VS sinds kort een speciaal commando heeft gecreëerd voor de oorlog in cyberspace.

Tovar wijst er in zijn onderzoek op dat er tweets zijn gestuurd om kunstenaars op Cuba en in Miami te laten deelnemen met #SOSCuba: protest voor de doden veroorzaakt door COVID en het gebrek aan medische middelen. Op deze tweet zijn meer dan 1.100 reacties binnengekomen. Opvallend is dat die bijna allemaal afkomstig zijn van recent aangemaakte accounts, of met een maximale leeftijd van één jaar. Meer dan 1.500 van die accounts werden tussen 10 en 11 juli aangemaakt. Bij de operatie werd intensief gebruik gemaakt van robots, algoritmen en voor de gelegenheid nieuw gecreëerde accounts.

Demonstratie in Egypte in 2011

Met honderdduizenden tweets en de deelname van vele accounts van artiesten, werd de hashtag op zondag 11 juli een wereldwijde trend in verschillende landen. Al wat nog nodig was, waren enkele honderden Cubanen die de straat zouden opgaan.

De eerste demonstratie in het stadje San Antonio de Los Baños, op 26 km van Havana, werd onmiddellijk in de VS gepubliceerd door het account van Yusnaby met duizenden retweets. Yusnaby (US Navy) is een typisch voorbeeld van een geautomatiseerd nepaccount.

Dit alles wijst erop dat er een gecoördineerde campagne is geweest om de Cubaanse regering aan te vallen en haar de schuld te geven van de ontberingen waarmee het Cubaanse volk wordt geconfronteerd.

Fake news

De berichten die de wereld ingestuurd werden staan bol van fake news. Eén bericht dat honderden keren werd geretweet toont een tienduizend koppige menigte die zogezegd langs de Malecón, de grote kustboulevard van Havana, trok. Fotocheckers van Reuters achterhaalden dat het in werkelijkheid om een foto gaat – in zwakke resolutie – van een massademonstratie in Alexandria, in Egypte, in februari 2011. Op ingezoomde fragmenten zijn Egyptische vlaggen te zien.

Een andere kwakkel die de wereld werd ingestuurd, is de foto van betogers aan het standbeeld van Máximo Gómez in Havana. Het ging niet om tegenbetogers maar om aanhangers van de Cubaanse revolutie. Tientallen media en belangrijke kranten als The New York Times en The Guardian, hebben dit staaltje fake news verspreid. Omkering van de realiteit is een truc die in het verleden bij andere gelegenheden al meermaals is toegepast, onder andere in Venezuela.

Standbeeld van Maximo Gomez in Havana: pro-regeringsbetoging wordt contrabetoging in media

Nog een ander verzinsel was dat Raúl Castro met een geheim privévliegtuig naar Venezuela was gevlucht. Deze fake boodschap werd bijna tweeduizend maal geretweet. De foto die de vlucht van Raúl Castro moet bewijzen is vier jaar oud, namelijk toen hij naar een top in het buitenland ging.

Het zijn maar enkele voorbeelden. Zo waren er nog tientallen leugens die de afgelopen dagen op de sociale media circuleerden, onder andere over politiegeweld.

Bron van het ongenoegen

Vanwege COVID-19 is het toerisme, de belangrijkste bron van inkomsten, zowat stilgevallen. Wereldwijd zijn de voedselprijzen gestegen. Voor Cuba komt dat hard aan omdat het 70 procent van zijn voedsel moet invoeren. Ook is de laatste suikeroogst tegengevallen. Bovendien had Trump de economische blokkade nog verder aangescherpt met 243 nieuwe sancties. Cuba staat nu weer op een lijst van staatsponsors van terrorisme waardoor transacties in dollars sterk bemoeilijkt zijn. Aan die maatregelen heeft Biden nog niets veranderd.

Als gevolg daarvan kampt het land met een acuut tekort aan buitenlandse deviezen en dat veroorzaakt op zijn beurt schaarste aan basisgoederen, voedsel en geneesmiddelen. Dankzij het egalitair systeem leidt dat niet tot hongersnoden, maar Cubanen moeten wel soms uren aanschuiven om aan eten of andere goederen te geraken. Er zijn ook brandstoftekorten en tekorten aan wisselstukken waardoor de elektriciteit soms urenlang uitvalt. Dat verlamt het transport en het betekent ook geen airco of koelkast. In een tropisch klimaat is dat allesbehalve een pretje.

Ten gevolge van de verscherpte blokkade heeft Western Union zijn kantoren op Cuba moeten sluiten in november van vorig jaar. Veel Cubanen zijn voor hun koopkracht sterk afhankelijk van zogenaamde ‘remesas’: geldzendingen van familieleden uit het buitenland. Dat is voor heel wat landen in het Zuiden het geval. Het gaat wereldwijd jaarlijks over ongeveer 500 miljard dollar. Voor Cuba valt dat nu voor een groot deel weg, waardoor heel wat Cubanen in één klap een stuk armer geworden zijn.

Bovenop al deze ellende kwam een zware COVID-golf. De vaccinatiecampagne is volop aan de gang, maar de bevolking is nog niet voldoende gevaccineerd om de nieuwe besmettelijke varianten in toom te kunnen houden. De vele nieuwe besmettingen hebben het gezondheidssysteem zwaar onder druk gezet.

Buitenlandse sponsors

Voor de eilandbewoners is de situatie in elk geval bijzonder moeilijk. Het ongenoegen is groot. Volgens de mainstream media gingen de Cubanen spontaan de straat op. Daarbij negeren ze de digitale campagnes waarover we het hierboven hadden, maar er is nog meer aan de hand.

Een Peruviaanse journalist van Prensa Alternativa – El Jota heeft de beelden van de manifestaties grondig bestudeerd. In twaalf steden kwamen telkens honderd tot vijfhonderd betogers op straat. Opvallend daarbij was dat in al die steden dezelfde slogans te horen waren: tegen de president en voor meer vrijheid. Het ging dus niet over concrete aanklachten zoals tekort aan medicijnen in het nabije ziekenhuis, transportproblemen in hun stad of lange wachtrijen in de winkels.

Nog opvallender, in de betogingen verschenen dezelfde spandoeken met de logo van ‘Cuba’Decide. Cuba Decide is een campagne van Fundación para la Democracia Panamericana. Dat is een ngo uit Miami met veel middelen, die gericht is op een regimewissel in Cuba.

Er zullen zich zeker mensen spontaan aangesloten hebben bij de betogingen, maar het duidt erop dat de manifestaties gepland, georganiseerd én voorbereid waren. Dat gebeurde bovendien vanuit het buitenland met het doel onrust te zaaien en een regimewissel door te voeren. Geen enkel land dat zichzelf respecteert tolereert zoiets. In eigen land staan er strenge straffen op politieke bedrijvigheid die aangestuurd wordt vanuit het buitenland.[2]

In 2010 deed de VS al een poging om een Twitter-systeem te installeren op Cuba. Het doel van ZunZuneo, zoals het systeem genoemd werd, was volgens de The New York Times om “Cubanen een platform te bieden om boodschappen te delen met een massapubliek, en uiteindelijk om ‘smart mobs‘ te mobiliseren”. Ideaal dus om opstootjes te organiseren.

De laatste jaren heeft de regering van de VS haar financiële steun aan opposanten in Cuba en aan Cubaanse tegenstanders in Miami opgevoerd. Het gaat jaarlijks om 20 miljoen dollar. Een deel van dit geld komt rechtstreeks van de National Endowment for Democracy en van USAID, twee organisaties die banden hebben met de CIA. Hun mandaat is om elke ontevredenheid binnen Cuba te doen uitmonden in een politieke uitdaging voor de Cubaanse revolutie.

Media framing

De berichtgeving over de voorbije gebeurtenissen op Cuba door de mainstream media is een schoolvoorbeeld van media framing. We belichten enkele aspecten ervan.

Vooreerst is er de gebruikte woordenschat. Men spreekt niet van regering of overheid, maar van ‘regime’. Dat suggereert een verwerpelijk politiek stelsel, dat best veranderd wordt (‘regime’wissel). Men zal die term nooit gebruiken voor bevriende naties, zelfs als daar heel wat problemen zijn met de democratie of de mensenrechten. In Colombia zijn de afgelopen jaren meer dan 400 politieke moorden gepleegd, toch spreekt men van de Colombiaanse ‘regering’. In India heeft men massaal kampen gebouwd om twee miljoen inwoners, voornamelijk moslims te deporteren. Toch zal men nooit spreken over het Indiase regime.

Als het over Cuba gaat, neemt men ook probleemloos en zonder nuance het woord ‘dictatuur’ in de mond, terwijl het land een zeer uitgebreid systeem van consultatie heeft. Geen enkel fundamentele beslissing wordt er genomen zonder de bevolking grondig te raadplegen. In een dictatuur doe je zoiets niet. Meer zelfs, in onze politieke stelsels hebben wij niet de gewoonte en is er de wil niet om de bevolking te consulteren voor belangrijke beslissingen. De huidige Cubaanse regering, maar ook de vorige, hebben steeds kunnen rekenen op een grote steun van de bevolking, anders had de revolutie onmogelijk kunnen standhouden in de uiterst vijandige en moeilijke omstandigheden.

Framing betekent ook dat je bepaalde zaken overbelicht of onderbelicht. Zo waren de betogingen tegen de regering beduidend kleiner dan de betogingen pro. Hieronder zie je twee foto’s van betogingen die de regering steunen respectievelijk in Camagüey en in Havana. Beelden van dergelijke manifestaties werden door de mainstream media netjes buiten beeld gehouden. Meer zelfs, die beelden werden, zoals we hierboven zagen, gebruikt om het omgekeerde aan te tonen.

Camagüey
Havana

Daarnaast wordt de economische context en de factor van de VS-blokkade (‘embargo’ volgens de mainstream media[3]) totaal onderbelicht. Cuba is op dertig jaar tijd tweemaal zijn belangrijkste handelspartners en buitenlandse investeerders kwijtgespeeld.[4] Voor gelijk welk land is zoiets een economische ramp. Bovendien wordt het land onderworpen aan de langste economische blokkade uit de wereldgeschiedenis en wordt het afgesneden van het gebruik van dollars. De blokkade kost het land jaarlijks ongeveer 5 procent van zijn bnp. Stel je voor dat een land als België geen handel zou kunnen drijven met de EU en de euro niet meer zou kunnen gebruiken in transacties. Toch is het ‘embargo’ voor de mainstream media geen belangrijke factor. De oorzaak van de economische ellende ligt volgens hen bij het geknoei van de regering.

Onze media geven graag een forum aan Joe Biden. Zonder duiding mag de president van het land dat Cuba in een economische wurggreep houdt, zeggen dat hij zich achter het Cubaanse volk schaart. President Obrador van Mexico repliceerde op die uitspraak dat als de VS Cuba echt wil helpen, ze dan de economische blokkade moeten beëindigen. Deze boodschap van Obrador haalde de mainstream media niet.

De hamvraag

In Zuid-Afrika zijn er bij de rellen in de voorbije dagen meer dan 70 doden gevallen. In India kwamen miljoenen boeren wekenlang op straat. In Colombia zijn er de afgelopen drie maanden minsten 44 mensen gedood bij protesten, nog eens 500 mensen zijn ‘verdwenen’. Deze feiten haalden niet of nauwelijks het nieuws. Op Cuba waren er gedurende één dag enkele duizenden betogers en het was prominent wereldnieuws.

Bij ernstige gebeurtenissen zoals zware natuurrampen, massale sociale onrust, burgeroorlogen, staatsgrepen, enz. is het evident dat ze prominent wereldnieuws worden. Als die gebeurtenissen niet in zo’n categorie vallen, dan is de eerste vraag die je je moet stellen: waarom komt dit prominent in de wereldpers, waarom wordt dit zo in de picture geplaatst en wordt over gelijkaardige gebeurtenissen elders met geen woord gerept?

Anders gezegd, wat maakt actualiteit tot nieuws? En het werkwoord is goed gekozen, want nieuws wordt gemaakt. Of beter, uit het dagelijks grote aanbod aan nieuwe feiten en gebeurtenissen wereldwijd wordt een selectie gemaakt. Die selectie wordt dan vervolgens in een framing gepresenteerd. Die selectie en framing gebeuren vanuit een bepaald ideologisch kader, ten gunste van onuitgesproken maar specifieke belangen.

Over Cuba moet er zeker niet gezwegen worden in de media. Er valt wel degelijk nieuws te garen. Zo bijvoorbeeld is Cuba het enige klein land ter wereld dat zelf vaccins tegen COVID-19 ontwikkelde. Tegen het einde van dit jaar zal het 100 miljoen dosissen geproduceerd hebben. Het merendeel zal het uitvoeren naar landen die ze nodig hebben. Het zou ook interessant zijn te onderzoeken waarom het land 15 maal minder COVID-doden telt als België, ondanks de penibele economische situatie en het gebrek aan geneesmiddelen. Of, nu de Olympische Spelen naderen zou men kunnen nagaan hoe het land van oudsher proportioneel veel Olympische medailles weet te halen.

Blijkbaar passen dat soort artikels niet binnen het ideologisch kader waarbinnen onze media werken. Binnen dat kader dient de selectie en framing van de actualiteit over Cuba vooral om het land te bashen. De voorbije gebeurtenissen zijn daar eens te meer een schoolvoorbeeld van.

Noten:

[1] Het woord bot is afkomstig van robot. Een bot of sociale bot is een sociale media-account dat niet door een persoon, maar door een algoritme wordt bestuurd. Zo’n bot deelt en hergebruikt bestaande berichten, bijvoorbeeld op basis van bepaalde onderwerpen en hashtags.

[2] Art. 4, §1 Wet 22 maart 1940: Personen die zich met politieke propaganda of enige andere politieke bedrijvigheid bezig houdt en daarbij instructies krijgt van een vreemde mogendheid of buitenlandse organisatie, wordt gestraft met een gevangenisstraf van een jaar tot vijf jaar en met geldboete van 100 tot 10.000 frank, te vermeerderen met de opdecimes.

[3] Een embargo betekent dat een land weigert om handel te drijven met een ander land. Bij een blokkade gaat het over pogingen om de handel met derde landen te verbieden of te bemoeilijken. Dit is bij economische boycot van de VS t.a.v. Cuba duidelijk het geval. Toch zal men het woord embargo gebruiken omdat dit minder zwaar klinkt.

[4] De eerste maal in 1959, toen was de VS de belangrijke handelspartner en investeerder in het land. In 1989 was dat het geval met het Oostblok.